HET VERHAAL VAN SINT-MAARTEN

Martinus was de zoon van een Romeinse officier. Lang geleden was hij soldaat in het Romeinse leger. Hij leefde van het jaar 316 tot 397. Vandaag zijn we 2018. Zijn geboorte is dus al meer dan 1700 jaar geleden. Op een dag reed Martinus met een groepje soldaten naar een grote stad. Het was koud en mistig. Martinus had zijn lange mantel goed om zich heen geslagen. Zo had hij het heerlijk warm. Ze hadden haast, want ze wilden voor donker binnen de stadsmuren zijn.

Toen ze bij de stadspoort aankwamen, stapte er plotseling een arme man op hem af. Hij had geen schoenen, geen jas en geen sokken aan, Je kon aan hem zien dat hij het erg koud had.

"Wat is er met jou aan de hand?" vroeg Martinus. 'Ach", rilde de man, "ik heb het koud en ik heb zo'n honger." Martinus dacht even na. Hij zou zijn mantel wel willen geven.

Maar in die tijd mochten soldaten zonder mantel de stadspoort niet in. De mantel hoorde bij hun uniform. Wat moest Martinus nu doen? Hij kon die arme man daar toch niet zomaar laten staan?

Plotseling kreeg hij een goed idee. "Ik geef hem de helft van mijn mantel. Dan kan ik de andere helft omgeslagen houden!" Hij deed zijn mantel af. Trok zijn zwaard en hakte de mantel in twee stukken. Eén stuk gaf hij aan de arme man, het andere stuk sloeg hij zelf om zijn schouders.

Daarna pakte hij zijn beurs en gaf de man wat geld. De arme man was erg blij. Nu had hij een mantel tegen de kou en wat geld om eten te kopen. Hij bedankte Martinus en vertrok. En Martinus? Die reed daarna tevreden met zijn soldaten de stad binnen.

De mensen die het zagen, wezen naar hem en lachten hem uit: 'Zie hem daar eens gaan, die soldaat met zijn halve mantel'. Maar er waren er ook anderen die erover nadachten en dit knap vonden. Ze vonden het erg dat zij de arme niet hadden geholpen.

's Nachts droomde Martinus: hij zag Jezus naar hem toekomen. Om zijn schouders had hij het stuk mantel geslagen dat Martinus aan de arme in de stadspoort had gegeven. In zijn droom zei Jezus tot de engelen die bij Hem waren: 'Martinus heeft mij met deze mantel beschermd tegen de koude'. Zo herinnerde Jezus Martinus aan Zijn woorden: 'Telkens jullie iets doen voor één van deze minste broers van Mij, doen jullie dat aan Mij.' Later in zijn leven werd Maarten een Christen, daarvoor moest hij zich eerst nog laten dopen. Hij was nog niet gedoopt omdat zijn ouders niet gelovig waren. Daarna werd hij een monnik en later werd hij een bisschop.

Het verhaal van Martinus en de arme man is een oud verhaal. Maarten was toen 18 jaar oud. Maar nog altijd vieren we het feest van Sint Martinus ... Sint-Maarten. Elk jaar, op 11 november. Kinderen gaan die dag met een lampion en een vrolijk liedje bij de mensen langs. Om ze licht te brengen, om ze vrolijk te maken, om ze te laten herinneren aan Sint-Maarten.

© Bellemans Imke
Alle rechten voorbehouden 2018
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin