OPDRACHT 2

Zoek de boef!

Eindtermen ICT

• 1. De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
• 3. De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunende leeromgeving.
• 6. De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren.

Leergebieden

• Mondelinge taalvaardigheid Nederlands
  

• Schriftelijke taalvaardigheid Nederlands

• Mediavaardigheid
  
• Ontwikkeling van initiatief en verantwoordelijkheid
  

Doelen

• IVoc1 Nieuwsgierig zijn naar en bereidheid tonen om het nieuwe te ontdekken en erover te leren. 
  
• MEva1 Technische en instrumentele computervaardigheden ontwikkelen. 
  
• TOmn1 Een mondelinge boodschap verwerken.
  
• TOsn3 Een schriftelijke boodschap overbrengen. 
  
• TOsn4 Bij het schrijven aandacht besteden aan zins- en tekststructuur, lay-out en beeldende elementen, leesbaarheid, spelling en interpunctie. 
  

Uitleg opdracht

Op mijn stageschool werken we met de handleiding Tijd voor Taal accent. Voor de taallessen werken we in thema 4 rond boeven. Ze leren wat een robotfoto is, ze leren hoe nieuwsberichten rond boeven in elkaar zitten. De leerlingen gaan voor dit thema zelf aan de slag. Ze starten daarvoor op Bingel. Ze volgen de stappen op het eiland, naar thema 4, naar de opdracht: 'Zoek de boef!'. Ze werken zelfstandig op een eigen laptop. De leerlingen luisteren naar het fragment en duiden dan de boef aan. Ze kunnen kiezen uit 4 of 5 robotfoto's. 

Wanneer ze hiermee klaar zijn, krijgen ze de opdracht om per 2 te werken. In het begin van het schooljaar maakte de juf van elke leerling een portretfoto. Hiermee maakten ze een knutselwerk om in de gang op te hangen. Deze portretfoto's worden opnieuw gebruikt voor deze les. Het is de bedoeling dat ze nu voor hun buur een WANTED! brief gaan maken. De leerlingen weten hoe zo'n brief eruit ziet! We leerden hierover tijdens de vorige les van taal. De juf herhaalt met de leerlingen de belangrijkste items die ze zeker niet mogen vergeten in zo'n brief. De beloning, de kledij, het uiterlijk, de misdaad,... De leerlingen gaan voor deze opdracht aan de slag in Word. Ze krijgen een voorgemaakt document van de juf waarmee ze verder aan de slag kunnen gaan. De juf zette op voorhand op elke laptop het document. De juf leert hen hoe ze een foto moeten plakken en bewerken in Word. Daarna experimenteren ze zelf met lettertypes, kleuren,... Voor deze les voorzie ik een lestijd 75 minuten.

Na afloop hangen we alle WANTED! brieven aan de raam van de klas die uitkijkt op de speelplaats!

Verantwoording

De leerlingen leren gedurende dit thema over verschillende misdaden, boeven, politie,... Ze leren met deze opdracht de geziene leerstof te bundelen. We starten de les met een zoektocht naar 5 verschillende boeven. De leerlingen leren hoe ze gericht moeten luisteren naar een fragment. Als je dit klassikaal doet zijn er steeds leerlingen die verwachten dat iemand anders wel geluisterd zal hebben. Nu worden ze zelf gemotiveerd om 5 keer de juiste boef te vinden. Enkel door gericht te luisteren kunnen ze te weten komen wie de dader is. Ze leren hierbij doelgericht zoeken naar de informatie die ze krijgen. Bijvoorbeeld: vrouw, bruin haar, draagt oorbellen,... Enkel als ze goed opletten, vinden ze de juiste dader! De leerlingen ontdekken zo nogmaals wat de belangrijkste informatie is voor een signalement. 

Na deze opdracht gaan ze aan de slag met een eigen WANTED! brief. Ze maken deze in Word. De leerlingen leren hoe ze een foto moeten integreren in een Word-document, hoe ze een tekst kunnen aanpassen,... Zo ontdekken op zelfstandige basis de verschillende functies die Word te bieden heeft.

Ik werkte voor deze les rond de eindtermen 1, 3 en 6: 

• Eindterm 1 omdat het nog steeds belangrijk is dat leerling gemotiveerd zijn om met ICT te werken. Het is de bedoeling dat de leerlingen het fijn vinden om een les volledig op de laptop uit te voeren. Gemotiveerde leerlingen zullen meer uitproberen en ontdekken. ICT biedt hen extra mogelijkheden. Ze kunnen zelfstandig opdrachten maken die gekoppeld zijn aan hun werkboek. Ze kunnen een Word-document heel mooi aankleden, een typfout meteen corrigeren, een foto virtueel knippen en plakken,... Ze ontdekken dat deze zaken makkelijker zijn op de computer. 
  
• Eindterm 3 omdat ze zelfstandig aan de slag gaan om al deze zaken die hierboven staan opgesomd te leren. Ze verwerken de geziene leerstof uit het werkschrift op een speelse manier op de computer. Ze weten hoe Bingel werkt, ze kunnen er zelfstandig mee aan de slag gaan. 
  
• Eindterm 6 omdat ze met de informatie aan de slag moeten gaan, ze krijgen een duidelijke richtlijn over de opdracht, de leerlingen voeren deze uit. Het is niet de bedoeling dat de leerlingen zich bezig houden met andere zaken. Ze zoeken de informatie op die voor hen bestemd is, voor dit onderwerp, voor deze les.